Zoals zovelen droom ik over het bezoeken van exotische landen, of het maken van een jarenlange wereldreis. In mijn fantasie is deze droom al meerdere keren werkelijkheid geworden. Maar hoe zou het zijn als je kan reizen door de stripwereld? Waar ga je dan absoluut naar toe en waar met zekerheid niet?
Het eerste dat bij me bovenkomt is een reis naar Rommeldam, de woonplaats van Tom Poes en heer Bommel. Nou weet ik ook wel dat jonge vriend Poes en Bommel niet in het plaatsje zelf wonen, maar de plek heeft een authentieke nostalgische uitstraling. Het is een soort gevoel van terugkeren naar de tijd waarin alles goed is en gezelligheid de boventoon voert. Een kleine kanttekening is wel dat de reis er naartoe extreem gevaarlijk kan zijn. De streek rond het stadje wordt bewoond door vreemde wezens, gespuis en mysterieuze magiërs. Een gedegen escorte lijkt me dan ook wenselijk.
Waar ik beslist niet naartoe wil zijn de steden van The Spirit. Eisners held loopt continu door noodweer, wordt elke dag doornat en ziet de zon alleen in zijn dromen. Ik heb zelf al behoorlijk last van een winterdepressie en trek daarom tijdens mijn vakantie liever richting een vrolijkere omgeving.
Wat ik ook afstotelijk vindt zijn de steden gecreëerd door Schuiten en Peeters. Architectonisch zijn het meesterwerken, maar er hangt geen sfeer. Het lijkt net alsof je op vakantie gaat in een hypermoderne fabriekshal. (al vraag ik me wel af of een fabriekshal überhaupt modern genoemd kan worden) Het heeft iets van: je werkdag zit erop, wegwezen!
Tja, waar gaan we dan wel naartoe? Sprookjeswerelden zoals in Elfquest, of Douwe Dabbert, trekken me ook niet echt. Misschien is de 19e eeuwse omgeving van Robert en Bertrand een idee. De mooie karakteristieke gebouwen van hun historische steden worden extra benadrukt en op de een of andere manier heerst er steeds een bourgondische sfeer. Je krijgt zin in een varken aan het spit, of een riante schuimende kroes bier. Ja laten we dat maar doen. In het echt verkeer ik ook graag in Gent en Brugge en de schrijvers van Robert en Bertrand snappen waarom.
